Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De kinderen van Thola nu waren Uzzi, en Refaja, en Jeriel, en Jachmai, en Jibsam, en Samuel; hoofden van de huizen hunner vaderen, van Thola, kloeke helden in hun geslachten; hun getal was [2]in de dagen van David twee en twintig duizend en zeshonderd. 2. Te weten, als David het volk door Joab deed tellen, 2 Sam.24:1. Anderen verstaan dit van de ordening, die ten tijde van David over het ganse krijgsheir der Israelieten gemaakt is geweest, hfdst.27 vs.1.